MARIE DE FRANCE SCHREEF haar Lais, wat liederen betekent, in de twaalfde eeuw, de gouden eeuw van de Middeleeuwen. Een tijd van begin: de eerste troubadoursliederen, de eerste kathedralen en de eerste Franse roman van Chrétien de Troies. In deze tijd van bloei, de lente van de Middeleeuwen, tekende Marie de France de verhalen op van de Keltische verhalenvertellers terwijl zij naar men aanneemt leefde in Engeland aan het Franstalige hof. Zelf komt zij uit het land der Franken. 'Ik heet Marie en kom uit Frankrijk,' schrijft zij. Veel meer weten wij niet van haar.
Haar verteltrant is fris en eenvoudig, zonder opsmuk en de lezer van nu zal verbaasd zijn over haar bijzonder talent om karakters en dialogen te beschrijven. Zij weet ons op wonderbaarlijke wijze te betoveren en in te voeren in een voorbije tijd.
De liefde is het centrale thema van de Lais. Het is de nieuwe liefde van de troubadours, waarin de vrouw verheerlijkt wordt en aan wie de man zich onvoorwaardelijk overgeeft.
De Lais vormen een wereld op zich die door het schrijven van Marie de France herkenbaar is, en waar droom en werkelijkheid in elkaar over gaan. Een wereld die nu nog herkenbaar is.