Bianca Ahlers was zich bewust van haar schoonheid. De vijfentwintigjarige draaide zich om voor de goudomrande wandspiegel, waarin ze haar hele lichaam in één oogopslag kon zien. De lange benen, de appelvormige borsten, de delicate nek en het madonnagezicht, omlijst door donkere krullen die weelderig over haar schouders vlogen.
Het was zo gemakkelijk om de hoofden van mannen om te draaien!
Dat dacht Bianca terwijl ze zich snel aankleedde. Ze gleed in zijden lingerie, deed hold-up kousen over haar benen en trok een lange tweed rok aan die tot haar kuiten reikte. Een echt kuis kledingstuk dat bij haar crèmekleurige Shetland coltrui paste.
Maar ten eerste hadden de eerste herfststormen Hamburg al overspoeld en de zomergarderobe naar de kledingkasten verbannen tot volgend jaar. En ten tweede wilde Bianca haar vijanden geen argumenten geven door zich te onthullend te kleden.