Een radeloze moeder stuurt haar onhandelbare zestienjarige zoon voor een tijdje naar Canada, naar zijn geëmigreerde
oom Simon, het buitenbeentje van de familie. Simon heeft met tegenzin toegestemd, en al snel blijkt de nieuwe huisgenoot
zijn zo gekoesterde zelfstandigheid wel erg in het geding te brengen.
Om van het gezeur van de verveelde puber af te zijn, stemt Simon in met een dagtrip naar de Rocky Mountains. Daar ontmoeten ze twee enthousiaste bergwandelaars, vader en zoon. Die nemen de jongen mee op een day tour, terwijl Simon in het toeristische bergplaatsje achterblijft. De drie wandelaars komen met grote verhalen terug en willen de twee dagen daarna ‘écht’ de bergen in. De volgende ochtend is het trio spoorloos, ze hebben uitgecheckt zonder een bericht achter te laten.
Net als in haar toneelstukken geeft Lot Vekemans in haar tweede roman een inkijk in de donkere kamers van de menselijke ziel, door op zoek te gaan naar de verborgen drijfveren achter ons dagelijks doen en laten.